Master of Science in Architectural Engineering

De ontwerpstudio neemt meer dan een kwart van het masterprogramma in beslag en vormt de kern van het onderwijsproject. Het verplichte programma omvat cursussen in architectuur en bouwwetenschappen: geschiedenis en theorie van architectuur, constructie en stedenbouw, bouwtechniek, ontwerp van bouwapparatuur, bouwbeheer en training in technische onderzoeksmethoden, die de ontwikkeling van de specifieke kenmerken van deze opleiding. De keuzevakken stellen studenten in staat zich te specialiseren in een specifiek wetenschappelijk gebied. Het programma wordt aangevuld met een masterproef. In deze masterproef wordt gevraagd om de synergie te realiseren tussen een onderzoeksstudie en een architectonisch ontwerp.

Overzicht van het Studieplan

Het standaardtraject in de Master of Science in de ingenieurswetenschappen: architectuur (BRUFACE) (120 ECTS) is modulair opgebouwd:

1. Verplichte vakken (75 ECTS)
2. Keuzevakken (21 sp.)
3. Masterproef (24 sp.)

Elk van de modules moet met succes worden afgerond om het masterdiploma te behalen. De student dient de vermelde inschrijvingsvoorwaarden te respecteren. Het opleidingsbestuur raadt de student sterk aan om het modeltraject te volgen. Enkel dit modeltraject kan een tijdsplanning garanderen zonder overlappingen van de verplichte opleidingsonderdelen.

In het buitenland studeren

Het curriculum van het eerste masterjaar kan worden vervangen door een alternatief programma van 30 tot 60 ECTS aan een buitenlandse universiteit. Deze internationale mobiliteit biedt je extra mogelijkheden om de inhoud van je curriculum af te stemmen met internationale cursussen, stages en onderzoeksprojecten zonder je studievoortgang te vertragen. Mogelijke bestemmingen zijn Milaan (Italië), Cottbus (Duitsland) of Göteborg (Zweden).

De graad van Master of Science in Architectural Engineering' heeft tot doel mensen op te leiden die zowel in de professionele als in de academische wereld architectuur en technologie kunnen beoefenen. De academische graad is ingebed in BRUFACE (Brusselse Faculteit Ingenieurswetenschappen) en wordt gekenmerkt door een nauwe relatie met wetenschappelijk onderzoek.

De leerresultaten hebben betrekking op redeneren, evalueren en communiceren, met het extra vermogen tot synthese en verbeelding. Het project dient als referentie en knooppunt in het gebruik van specifieke kennis om een architecturale oplossing te bieden op het niveau van architectonisch ontwerp, constructief ontwerp en stedenbouw. Het architectonisch concept vereist professionele vindingrijkheid en wederzijdse beïnvloeding van de wetenschappen in architectuur en techniek. Gezien het interdisciplinaire karakter van architectonisch ontwerpen vraagt het om ingrijpen in een maatschappelijke context en communicatie tussen verschillende partijen zoals ontwerpers, experts, opdrachtgevers, bestuur, bewoners en gebruikers.

Bouwkundig ingenieurs hebben toegang tot specifieke vacatures, die verschillen van die voor architecten en civiel ingenieurs. Grote bouwprojecten vragen om een projectleider die in staat is om de esthetische, programmatische, bouwkundige en technische aspecten te integreren en op elkaar af te stemmen. De evolutie van de bouwsector en de uitrusting van hedendaagse architectuurprojecten maken deze synthese steeds complexer en vereisen een geïntegreerde kennis van verwarming, ventilatie en airconditioning, het fysieke gedrag van materialen en structuren, en de principes van duurzaam bouwen. Het programma bereidt studenten voor op een breed scala aan functieprofielen, zoals:

• architect en bouwkundig ingenieur
• projectleider
• consultant
• werknemer of leidinggevende in een architecten- of ingenieursbureau
• toezichthouder van het gebouwd erfgoed
• beleidsmaker voor stedenbouw
• onderzoeker

De vakspecifieke minimumeisen zijn het verwerven van basiskennis in de betrokken disciplines: bouwkunde, techniek en ontwerpen:

• de architectuurwetenschappen omvatten de kennis van de geschiedenis van de architectuur, architectuurtheorie, de sociale context waarin een artefact tot stand komt, en kritische interpretatie van het architectuurdiscours;
• in termen van engineering omvat het de kennis van constructiemethoden en -technologieën, evenals meer gespecialiseerde kennis voor het berekenen en simuleren van alle technische aspecten die verband houden met de uitvoering van een artefact, variërend van akoestiek, de stabiliteit van de constructie, funderingstechniek, bouwen fysica, verwarming, verlichting, materiaaleigenschappen, het gebruik van nieuwe materialen en lichtgewicht constructies, hergebruik en renovatie van bestaande constructies en het ontwerpen van constructies met een transformatievermogen;
• voor het ontwerp wordt verwacht dat de student kennis en methodes verwerft om deze uitgebreide kennis en middelen te integreren en te communiceren en te integreren in ruimte en tijd.

De volgende competenties zijn vereist: inzicht, creatieve toepassing van kennis, kritische reflectie op bestaande kennis en het genereren van nieuwe kennis. Daarnaast zijn de volgende vaardigheden vereist:

• vermogen om op een logische manier te redeneren en te argumenteren;
• ruimtelijk en historisch besef op verschillende schaalniveaus en in een context die de kloof overbrugt tussen geschiedenis en toekomstige ontwikkelingen;
• sociale vaardigheden, de houding van levenslang leren, dialoog en bewustzijn van teamwerk als kritische katalysator en bron van innovatie in een multidisciplinaire context;
• de wetenschappelijke houding die streeft naar een balans tussen diepe en pragmatische kennis, tussen horizontale expansie en verticale verdieping;
• een probleemstelling kunnen formuleren en aan een kritische blik kunnen onderwerpen.